Назад к книге «Wet op de rechterlijke organisatie – RO (Wet RO)» [Nederland]

Wet op de rechterlijke organisatie – RO (Wet RO)

Nederland

Wet op de rechterlijke organisatie van 18 April 1827 Informatie geldend op 01-03-2012 Nederland

Wet op de rechterlijke organisatie

RO (Wet RO)

18.04.1827

Geldend op 01-03-2012

Aanhef

Wet van den 18den April 1827, op de zamenstelling der Regterlijke magt en het beleid der Justitie

Wij WILLEM, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.

Allen die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten:

Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat, volgens art. 163 van de grondwet, moet worden ingevoerd "een algemeen wetboek van burgerlijk regt, van koophandel, van lijfstraffelijk regt, van de zamenstelling der regterlijke magt en van de manier van procederen;"

Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, Hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze, te arresteren de navolgende Wet op de zamenstelling der Regterlijke Magt en het beleid der Justitie voor het Koninkrijk der Nederlanden.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a.В gerechten: de gerechten, genoemd in artikel 2;

b.В rechterlijke ambtenaren:

1В°. de president van, de vice-presidenten van, de raadsheren in en de raadsheren in buitengewone dienst bij de Hoge Raad;

2В°. de senior raadsheren, de raadsheren en de raadsheren-plaatsvervangers in de gerechtshoven;

3В°. de senior rechters A, de senior rechters, de rechters en de rechters-plaatsvervangers in de rechtbanken;

4В°. de procureur-generaal, de plaatsvervangend procureur-generaal, de advocaten-generaal en de advocaten-generaal in buitengewone dienst bij de Hoge Raad;

5В°. de procureurs-generaal die het College van procureurs-generaal, bedoeld in artikel 130, vormen;

6В°. de hoofdadvocaten-generaal, de plaatsvervangende hoofdadvocaten-generaal, de senior advocaten-generaal, de advocaten-generaal en de plaatsvervangende advocaten-generaal bij de ressortsparketten en het parket-generaal;

7В°. de hoofdofficieren, de fungerende hoofdofficieren, de plaatsvervangende hoofdofficieren, de senior officieren van justitie A, de senior officieren van justitie, de officieren van justitie, de substituut-officieren van justitie, de plaatsvervangende officieren van justitie, de officieren enkelvoudige zittingen en de plaatsvervangende officieren enkelvoudige zittingen bij de arrondissementsparketten, het landelijk parket, het functioneel parket en het parket-generaal;

8В°. de senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs bij de gerechten;

9В°. de griffier en de substituut-griffier van de Hoge Raad;

c.В rechterlijke ambtenaren met rechtspraak belast: de rechterlijke ambtenaren, genoemd in onderdeel b, onder 1В° tot en met 3В°;

d.В gerechtsambtenaren: burgerlijke rijksambtenaren op basis van een aanstelling werkzaam bij een gerecht;

e.В Hoge Raad: Hoge Raad der Nederlanden;

f.В Onze Minister: Onze Minister van Veiligheid en Justitie;

g.В de Raad: de Raad voor de rechtspraak, bedoeld in artikel 84;

h.В zittingscapaciteit: beschikbare zittingsruimte, beschikbare capaciteit aan rechterlijke ambtenaren met rechtspraak belast of beschikbare capaciteit aan gerechtsambtenaren benodigd voor de behandeling van zaken.

Hoofdstuk 2. Rechtspraak

Afdeling 1. Algemene bepalingen

Artikel 2

De tot de rechterlijke macht behorende gerechten zijn:

a.В de rechtbanken;

b.В de gerechtshoven; en

c.В de Hoge Raad.

Artikel 3

De afdelingen 2 en 6 zijn niet van toepassing op de Hoge Raad.

Artikel 3a [Vervallen per 20-03-1947]

Artikel 4

1.В Tenzij bij de wet anders is bepaald, zijn, op straffe van nietigheid, de zittingen openbaar.

2.В Om gewichtige redenen kan het onderzoek ter zitting geheel of gedeeltelijk plaatsvinden met gesloten deuren. In het proces-verbaal van de zitting worden de redenen vermeld.

Artikel 5

1.В Op straffe van nietigheid geschiedt de uitspraak van vonnissen en arresten in burgerlijke zaken en strafzaken in het openb