Назад к книге «De vliegende Hollander» [Piet Visser]

De vliegende Hollander

Piet Visser

Piet Visser

De vliegende Hollander

EERSTE HOOFDSTUK

De uitvinding van Schipper Van Halen

In het begin van de 17de eeuw was de scheepsbouw, en bijgevolg de zeevaart, nog niet zoo heel volmaakt.

Enkele knappe mannen onder de zeevarenden hielden zich echter ook toen reeds met het verbeteren van den scheepsbouw bezig en trachtten dien zГіГі te wijzigen, dat de vaartuigen meer weerstand kregen, zonder daarom nog van hun gemakken iets te verliezen.

Op die wijze kwam een onzer landgenooten, met name Pieter van Halen er toe, een vaartuig te bouwen, dat oneindig veel sneller voer dan ieder ander schip uit dien tijd. Maar zooals het meer met nieuwe uitvindingen gaat, geen mensch gaf hem zijn vertrouwen. Geen matroos, geen stuurman wou met zijn nieuw gebouwd vaartuig in zee gaan, ofschoon hij eerst als gewoon zeeman en later als een uitmuntend kapitein in de heele Republiek een grooten naam had gemaakt.

Pieter van Halen was de zoon van een scheepstimmerman te Rotterdam.

In zijn jeugd had zijn vader hem zijn eigen handwerk geleerd. Hij maakte zich de scheepsbouwkunst in alle onderdeelen eigen, voor zoo ver men het toen in dat vak gebracht had.

Pieters scherpzinnigheid en nadenkende geest ontdekten al heel gauw, dat de kunst van zijn vader, evenals die van andere meesters in het vak, enkel rustte op de navolging van oude voorschriften en raadgevingen, die men voor doelmatig en nuttig hield en waarvan men, door eigenzinnigheid en gedeeltelijk uit traagheid, niet wou afwijken. Ieder schip werd volgens dien ouden vorm en die ouderwetsche inrichting gebouwd en niemand zou zijn leven en zijn vermogen aan een anders gebouwd vaartuig toevertrouwd hebben.

Pieter merkte allerlei gebreken nog duidelijker op, toen hij, na volbrachten leertijd, deels uit nieuwsgierigheid, deels omdat hij twist met zijn vader over zijn nieuwe denkbeelden gehad had, op een Rotterdamsch schip als matroos en scheepstimmerman een reis naar Guinea meemaakte. Daar het hem evenwel aan de noodige kennis van wiskunde en andere wetenschappen ontbrak, zon hij vergeefs op een middel om het erkende kwaad te verhelpen.

Toch wanhoopte hij niet, éénmaal dat middel te vinden. Het stond bij hem vast, dat door een anderen vorm aan den romp van het schip te geven en door een verstandiger en doelmatiger inrichting van masten, zeil- en touwwerk, een allerbelangrijkste verbetering zou te weeg gebracht worden. Na zijn terugkomst verliet hij zijn vader en vertrok naar Leiden om er in de natuur- en wiskunde te gaan studeeren. Maar hij bezat daarvoor niet eens de noodige middelen, want het loon, bij het afmonsteren ontvangen, was nauwelijks voldoende om de noodige boeken, werktuigen, papier en kleeren te koopen.

De ijverige jonge man wist echter al spoedig iets te vinden, om in dezen nood te voorzien. In zijn vrijen tijd maakte hij modellen van schepen in 't klein, zooals die toen vrij algemeen tot sieraad op groote handelskantoren werden gezien en die er, tot in de minste onderdeelen, volkomen als groote zeeschepen uitzagen.

Ze bleken bijzonder in trek zoodat hij herhaaldelijk er eenige in deze of gene groote zeeplaats tegen een flinken prijs van de hand wist te doen en dan weer een poosje onbekommerd kon leven.

Terwijl hij nu met ijzeren volharding zijn studiГ«n voortzette, trachtte hij met behulp van de verkregen kundigheden de gebreken nader te onderzoeken van het handwerk, dat hem geleerd was. Eerst nГ№ pas ging hem een licht op voor zijn geest en volle zes jaren bracht hij onder gestadige werkzaamheid, in nadenken en onderzoek door.

Langzamerhand stelde hij het model van een zeeschip samen, voor welks vorm hij gebruik gemaakt had van alle hulpmiddelen, waarover hij, door zijn vroeger beroep en zijn later verworvene kundigheden kon beschikken.

Hij bestudeerde zelfs den lichaamsbouw van verscheidene zeedieren, om daaruit nuttige leering te trekken; ja, men wil, dat hij bepaaldelijk het lichaam van den snoek tot voorbeeld zou genomen hebben bij het bouwen van zijn schip. Hij zou namelijk zijn metingen, waarnemingen en uitkomsten, be